Boekenfestijn
Er zijn veel plekken op de wereld waar je niet wil zijn op vrijdagmiddag. De Americahal in
Apeldoorn is er daar één van. Toch ging ik er heen want er was Boekenfestijn en gratis
entree. Ook kreeg je een boek als je de actiecoupon uit het plaatselijke Sufferdje had
geknipt. Dat had ik.
Aan het begin van de hal stonden mandjes op wieltjes. In elke mand lag een vel papier waar
in grote letters op stond: Niet aankomen. Het rechterwieltje van mijn mand liep al na tien
meter vast. Ik besloot dit te negeren. Duizenden boeken lagen over lange tafels verspreid.
Er hingen bordjes boven als: Fantasie, Pseudo/Wetenschap, Kinder/Jeugd. De fantasie sloeg
ik over, daar heb ik zelf genoeg van. Met Kinder/Jeugd heb ik ook niks aangezien mijn
bloedeigen Jeugd reeds ver boven mij uitsteekt en mij geregeld joviaal (lees: meelijwekkend)
op de schouder slaat. Bij Pseudo/Wetenschap stopte ik, maar na even gebladerd te hebben in
‘Compostgeesten, ja natuurlijk!’ geloofde ik het wel. Je kunt mij een hoop vertellen maar dat de
verrotte bananen in mijn groenbak er hele etherische fluisterlevens op na houden onder dat
stinkdeksel wil er bij mij niet in.
Naast de compostgeesten lagen stapels boeken met titels als: Geniet van het leven, het is maar
zo kort! Ik moest daar even over nadenken. Ik vind het leven helemaal niet kort. Sterker, het
voelt vaak alsof er maar geen einde aan komt. Ik wil ook niet de hele dag genieten, moet er niet
aan denken, zou me rot vervelen. Kortom, een en ander schoot niet erg op en het wieltje van
mijn mand begon nu ook te piepen. Geniet van het leven, het is maar zo kort! gonsde door mijn
hoofd. Ik werd er een beetje boos van, waar bemoeiden die lui zich mee? Opstandig stoof ik
naar de stripbakken. Kijk, daar hadden we wat: Het Bondagepaleis. Rauwe en vuige seks, dat
zou ze leren met hun gebiedende wijzen, vage compostgeesten en weet ik veel wat voor een
zweefshit meer. Stevig vastgebonden kreun-en-kronkellijven deden een veertigtal pagina’s lang
wellustige en vruchteloze pogingen om te ontsnappen. Mijn wangen schoten vuur.
Even verderop was de tafel met Actieboeken. Wie een coupon had mocht hier een gratis boek
ophalen. Dat had ik. Gretig vlogen mijn ogen over de tafel. Ze ketsten af op titels als:
Tuinbeelden in en om het huis. Het zoete leven zonder suiker. Mijn leven met een foute man...
Nu ben ik dol op tuinbeelden, zou ik graag minder willen snoepen en heb ik inmiddels jarenlange
ervaring met foute mannen opgebouwd, toch, mijn hand reikte niet één keer naar de tafel en
mijn mandje, die steeds moeizamer door de bochten moest worden getrokken, bleef leeg. Toen
zag ik een boek over Plato en belde Zoon. Misschien maakte ik vandaag dan toch nog iemand
blij. Een Telfortstem heette mij opgewekt welkom. Na een uur zette ik het stroeve, piepende en
vooral lege mandje terug bij de kassa.
Bij Dirk van den Broek kocht ik een zak troostpepermunt. Voor mij geen zoet leven zonder suiker.
Even later stond ik onder een zoemende afzuigkap en kwam Zoon binnengerend. Zijn armen vol boekenfestijnpret. Dante, Dostojevski, Kafka, allemaal titels die ik over het hoofd had gezien. Niet
zo gek, ik had immers een hele Zoon over het hoofd gezien. Ik roerde sip door de soep. Zoon
sloeg me joviaal op mijn schouder en mompelde iets dat ik niet verstond door de herrie van de
afzuigkap. Hoorde ik hem nou iets zeggen over genieten, het leven en kort?
Apeldoorn is er daar één van. Toch ging ik er heen want er was Boekenfestijn en gratis
entree. Ook kreeg je een boek als je de actiecoupon uit het plaatselijke Sufferdje had
geknipt. Dat had ik.
Aan het begin van de hal stonden mandjes op wieltjes. In elke mand lag een vel papier waar
in grote letters op stond: Niet aankomen. Het rechterwieltje van mijn mand liep al na tien
meter vast. Ik besloot dit te negeren. Duizenden boeken lagen over lange tafels verspreid.
Er hingen bordjes boven als: Fantasie, Pseudo/Wetenschap, Kinder/Jeugd. De fantasie sloeg
ik over, daar heb ik zelf genoeg van. Met Kinder/Jeugd heb ik ook niks aangezien mijn
bloedeigen Jeugd reeds ver boven mij uitsteekt en mij geregeld joviaal (lees: meelijwekkend)
op de schouder slaat. Bij Pseudo/Wetenschap stopte ik, maar na even gebladerd te hebben in
‘Compostgeesten, ja natuurlijk!’ geloofde ik het wel. Je kunt mij een hoop vertellen maar dat de
verrotte bananen in mijn groenbak er hele etherische fluisterlevens op na houden onder dat
stinkdeksel wil er bij mij niet in.
Naast de compostgeesten lagen stapels boeken met titels als: Geniet van het leven, het is maar
zo kort! Ik moest daar even over nadenken. Ik vind het leven helemaal niet kort. Sterker, het
voelt vaak alsof er maar geen einde aan komt. Ik wil ook niet de hele dag genieten, moet er niet
aan denken, zou me rot vervelen. Kortom, een en ander schoot niet erg op en het wieltje van
mijn mand begon nu ook te piepen. Geniet van het leven, het is maar zo kort! gonsde door mijn
hoofd. Ik werd er een beetje boos van, waar bemoeiden die lui zich mee? Opstandig stoof ik
naar de stripbakken. Kijk, daar hadden we wat: Het Bondagepaleis. Rauwe en vuige seks, dat
zou ze leren met hun gebiedende wijzen, vage compostgeesten en weet ik veel wat voor een
zweefshit meer. Stevig vastgebonden kreun-en-kronkellijven deden een veertigtal pagina’s lang
wellustige en vruchteloze pogingen om te ontsnappen. Mijn wangen schoten vuur.
Even verderop was de tafel met Actieboeken. Wie een coupon had mocht hier een gratis boek
ophalen. Dat had ik. Gretig vlogen mijn ogen over de tafel. Ze ketsten af op titels als:
Tuinbeelden in en om het huis. Het zoete leven zonder suiker. Mijn leven met een foute man...
Nu ben ik dol op tuinbeelden, zou ik graag minder willen snoepen en heb ik inmiddels jarenlange
ervaring met foute mannen opgebouwd, toch, mijn hand reikte niet één keer naar de tafel en
mijn mandje, die steeds moeizamer door de bochten moest worden getrokken, bleef leeg. Toen
zag ik een boek over Plato en belde Zoon. Misschien maakte ik vandaag dan toch nog iemand
blij. Een Telfortstem heette mij opgewekt welkom. Na een uur zette ik het stroeve, piepende en
vooral lege mandje terug bij de kassa.
Bij Dirk van den Broek kocht ik een zak troostpepermunt. Voor mij geen zoet leven zonder suiker.
Even later stond ik onder een zoemende afzuigkap en kwam Zoon binnengerend. Zijn armen vol boekenfestijnpret. Dante, Dostojevski, Kafka, allemaal titels die ik over het hoofd had gezien. Niet
zo gek, ik had immers een hele Zoon over het hoofd gezien. Ik roerde sip door de soep. Zoon
sloeg me joviaal op mijn schouder en mompelde iets dat ik niet verstond door de herrie van de
afzuigkap. Hoorde ik hem nou iets zeggen over genieten, het leven en kort?
Reacties
Een reactie posten