Cozmic riders (VIII)

(met Ana Mendieta in gedachten, die zo nu en dan vanaf de hoedenplank in mijn hoofd meekijkt)



Niet zoeken naar het eind
      laat het ergens in overgaan desnoods
      wegvloeien, verdampen, oplossen
      maar geen aanwijsbaar eind
      geen punt, geen laf handje bij de deur
      geen motorgeluid dat langzaam wegsterft
      geen koele mail met groeten van
      geen agendanotitie
      een kort hallo hoe is het nou
      wegdrijvende blikken
      een scherm dat nooit meer oplicht
      lettercombinaties die niet meer klinken
      lege plekken in de badkamerkast waar alleen de kringen
      op het hout nog doen herinneren aan avonden vol van al
      dat warme vertrouwde zachte wegkruipen in kuiltjes van verlangen
      of het moet een langzaam geregisseerd verdwijnen zijn
      als een Ana Mendieta in een doorzichtige nachtjapon
      op de hei liggend
      terwijl de seizoenen over mij heen bewegen
      mijn lichaam bedekken met sneeuw
      mos, gras en af en toe een hert
      dat aan mijn oor komt knabbelen
      en fluistert:
      alles komt van boven, kind
      alles komt van boven
      

      

Reacties